Het zijn warme, zelfs tropische, dagen deze zomer. Mijn fietstochten voeren over vele wegen in het schone Brabantse land. Misschien voert mijn tocht over onverharde paden, maar hij voert zeker en vooral naar de troostrijke schaduw van de bomen. Ik fiets door lommerrijke lanen en over bospaadjes waar het zonlicht gefilterd doorheen valt. Waar blijft een fietser in dit weer zonder schaduw? En mocht het toch nog ooit gaan regenen, dan fiets ik graag onder het druppend bladerdak.
Met dat schone Brabant valt het trouwens een beetje tegen, want de lucht is hier minder schoon dan zou moeten. Waar veel bomen zijn, is de lucht in ieder geval iets schoner. De bomen zijn de longen van onze aarde en dus ook van Brabant.
Komt het bij het fietsen ook maar één moment in mij op dat ik omringd word door levensgevaarlijke bomen? Bomen die elk moment kunnen omvallen en mijn leven kunnen beëindigen? Of bomen waar ik zomaar met volle snelheid tegenaan kan beuken? Einde verhaal? Nee! Ik geniet met volle teugen, van de bomen en door de bomen. Ik zie zelfs door de bomen het bos.
Vandaag hoorde ik iemand beweren dat bomen langs wegen (waar ook fietspaden lopen) fietsers beschermen bij riskante inhaalmanoeuvres van auto’s. Het zou zomaar kunnen, interessante gedachte. Als ik als wandelaar of fietser de Sonseweg over wil steken, is dat soms een riskante onderneming. Er wordt soms (vaak?) toch wel behoorlijk hard gereden en de weg moet aan twee kanten vrij zijn. Het is altijd een beetje rennend oversteken.Gevaarlijke bomen? Misschien. Maar gevaarlijk rijgedrag dan op een weg met aan twee kanten bomen? Hoe groot is de verleiding hier net een tikje harder te gaan dan verantwoord?
De ongelukken waar bomen bij betrokken zijn er, absoluut. Waar het leven van jonge en ook oudere mensen abrupt afgebroken wordt omdat auto’s, mensen en bomen allemaal precies op het dodelijke moment samen op de verkeerde plek zijn. Vol afschuw lees ik die berichten, ze komen hard binnen. Maar het gaat mij te ver, om daaraan de vergaande conclusie te verbinden dat - langs een aantal wegen in Brabant - de bomen de laan uit gestuurd moeten worden. En wel omdat ze levensgevaarlijk zouden zijn.
In deze mooie zomer zijn er ook dit jaar weer veel mensen in en in de buurt van het water. Elk jaar weer verdrinken er behoorlijk wat mensen en juist ook kinderen. Een nachtmerrie voor wie er bij betrokken is. De vraag die onmiddellijk zou kunnen rijzen is, waarom dempen we niet alle vijvers, vennen, recreatieplassen, grachten, meren, sloten, kanalen, de zee? Als ik zo vrij mag zijn: omdat het zo niet werkt. Wel kunnen de meeste Nederlandse kinderen goed zwemmen, maar ook dat is geen garantie. Zo’n garantie bestaat gewoonweg niet.
Veel Nederlanders trekken erop uit met vakantie, kort of lang, ver of dichtbij. Gelukkig hebben we geen idee wat ze allemaal kan overkomen (dat weet hun verzekeringsmaatschappij vast wel), maar ik weet toch vrij zeker dat ze in het buitenland niet alle bomen langs wegen gaan kappen waar Brabanders eventueel langs zouden kunnen komen. Voor die kleine (maar afschuwelijke) kans op een dodelijk boomincident.
Er zijn ook hele akelige ongelukken waar automobilisten een aanrijding met een huis hebben en waar zelfs de bewoners gewond kunnen raken - of erger. Is het te kort door de bocht om dan ook maar huizen in de buurt van iets wat op een weg lijkt, gewoon per direct te vorderen, af te breken en te vervangen door een zandvlakte? Jammer dan dat je een huis hebt langs een weg: levensgevaarlijk. Voor beide partijen. Dus, zou het advies kunnen zijn: geen huizen meer langs een doorgaande weg. Daar zouden we toch niet echt serieus over nadenken?
Of ik dan bomen nooit als gevaarlijk kan zien? Nou en of. Tijdensde laatste zware storm negeerde ik de code oranje. Zo vaak viel het eigenlijk best wel mee met al die codes en ik ging wandelen. Uit voorzorg wandelde ik niet in het bos, maar in het buitengebied. Al snel nam de al harde wind in hevigheid toe. In een half uur tijd, was het een verschrikkelijke storm. Alles om mij heen ging zo tekeer dat ik alleen maar de storm hoorde brullen. En ja, ik was bang. Eenmaal op een weg met grote bomen, kun je de bomen - die daar nu eenmaal staan – niet vermijden. Alles kraakte. Het was hels. Enorme takken braken als luciferhoutjes af en vlogen door de lucht. Een flauw klein takje vloog in mijn gezicht en de pijn striemde door mij heen. Ineens was het toch vrij duidelijk dat zo’n code oranje geen flauwekul was en dat ik op de verkeerde plek op het verkeerde moment was.
Ik ben thuisgekomen, ondanks mijn domme gedrag. Er moet wel een heel leger aan engeltjes aan beide kanten op mijn schouders hebben gezeten. En ja, blijkbaar kunnen die ook in zware stormen gewoon engelachtig vliegen: hemelse krachten, u weet wel. Eenmaal in het dorp aangekomen, viel mijn mond open. Dakpannen lagen van de daken, grote bomen lagen om, zelfs dwars door auto’s en hele heggen waren uit de grond gerukt. Onze eigen bomen stonden er nog, we hebben gewoon geluk gehad, maar dat had makkelijk anders kunnen zijn.
De dag erna, de storm was geluwd, kwam ik weer in het bos. Waar eerst normale paden waren, lagen nu dramatisch veel bomen om. Boven mij zwierden enorme half afgebroken takken, die elk moment alsnog konden vallen. Al snel was ik het bos weer uit, het was inderdaad levensgevaarlijk. Voorlopig zat een boswandeling er even niet in.
Ondanks de hogere risico’s voor wandelaars en fietsers, is het bosbeheer verstandig omgegaan met gevaarlijke bomen en loshangende takken. Wat echt noodzakelijk was, is omgezaagd en aangepakt. De paden zijn vrijgemaakt. Maar de rest van het bos is gespaard gebleven. Je mag ook van wandelaars en fietsers verwachten dat ze risicomijdend zijn in en na zo’n zware storm.
Echter, als we nu structureel en op grote schaal bomen langs doorgaande autowegen uit voorzorg gaan kappen, is het een heel ander verhaal. Ons landschap wordt dan blijvend en onomkeerbaar aangetast. Eerst heeft de provincie zoveel schaduwrijke fietspaden aangelegd. Laten we als fietsers daar nu eens ongegeneerd dankbaar voor zijn. Mag best een gezegd worden. Vervolgens staan veel schaduw gevende bomen toevallig ook langs de autoweg en zijn ze ten dode opgeschreven. Schieten we hier ons doel niet voorbij?
Als we onze Brainportregio nu eens actief mee laten denkenover verstandige, dus boomsparende oplossingen? Zouden we dan niet veel meer ‘2018 & 2019 ’ bezig zijn?
Ik chargeer: we kappen alle bomen langs alle wegen in Brabant en vervangen ze door 3D-geprintte bomen die soepeltjes meebewegen bij elk boomincident. Als het stormt, buigen de bomen tot de grond en veren net zo makkelijk weer terug. Bij een aanrijding veren ze even wat naar achteren en vangen zo de auto soepeltjes op. Geen letsel meer, geen schade. En geen slachtoffers! Geen gedoe met bladeren meer, de hele zomer zijn de bomen groen en in de herfst zorgen ledlampjes voor een veranderende bladkleur. Dit kan allemaal op afstand geregeld worden. In de winter trekken alle blaadjes zich met bijzondere mechaniekjes terug in de boom. Het kost wat, maar dan hebben we ook wat. De omgezaagde bomen, die het leven hiervoor lieten, worden door lokale architecten gebruikt voor nuttige, lokale projecten. Wat een prestige zal dit Brabant opleveren.
Het bovenstaande is natuurlijk onzin. Mijn onzin. Iemand moet iets veel beters kunnen verzinnen dan dit; iets waarmee we onze bomen kunnen behouden.
Maar alles daar gelaten, denk vooral aan de ontelbare keren dat we met groot genoegen over doorgaande wegen rijden, fietsen en wandelen. Langs en onder onze schitterende bomen. Dag in, dag uit. Jaar in, jaar uit. Eeuw in, eeuw uit. Als we dat afzetten tegen het aantal dodelijke boomincidenten … Wat is dan de prijs? Laten we vooral alle feiten wegen en ons gezond verstand blijven gebruiken, voor we onze bomen de laan uit sturen.
Ilse Bos, Dryadis