Ik hoorde een mooi verhaal over één van de vroegere klompenmakers.
Het was vroeger voor wat betreft criminaliteit niet anders dan nu. Ook klompenmakers kregen af en toe te maken met inbraken.
Je wist nooit wat ze nu weer meegenomen hadden, maar het koste geld en frustratie. Na enkele inbraken waren ze allerter dan ooit en inderdaad, bij de klompenmaker in kwestie werd op zaterdagnacht ingebroken. Een heterdaadje omdat de inbreker iets te veel lawaai maakte.
De klompenmaker en zijn zoon werden gewaarschuwd en met en knuppel en schep stonden ze heel stilletjes de inbreker bij de opengemaakte deur op te wachten.
"Slaan we hem zijn hersens in?" Ze waren er eigenlijk nog niet uit wat ze nu eigenlijk met die knuppel en schep wilden doen.
Uiteindelijk besloten ze deze toch maar niet te gebruiken, maar de inbreker bij het naar buiten komen zo te verrassen dat verder ingrijpen amper nodig was.
Ze hoorden de inbreker komen en ze grepen in.
Ze hielden hem knelvast en toen het licht aan...
Tot hun verbazing was het een hen bekende bewoner uit de toen nog nieuwe wijk De Leeuwerik.
Wat moet jij hier nu bij ons inbreken?
Zijn antwoord maakte duidelijk dat het maar goed was dat ze hem niet ongelukkig geslagen hadden met hun knuppel en schep.
Ik had wat zaagsel nodig voor mijn vogeltjes... en inderdaad, hij had een jampotje met zaagsel in zijn jaszak zitten...
Kom jij maandag maar terug met een grote vuilniszak, dan krijg je van ons een hele zak vol met zaagsel mee...
Je komt rare snuiters tegen. Dit liep gelukkig goed af.