Bijna een jaar geleden ben ik gestart met mijn eigen webblog. HIer schrijf ik stukjes in over mijn ontmoetingen in de natuur. Via deze link kan je mijn blog bereiken. https://adriebrandsfotografie.wordpress.com/
Mijn stukje van de mei plaats ik hier onder. Misschien prikkelt het je om mijn blog te bezoeken.
Mijn stukjes gaan vaak over ontmoetingen. Ontmoeten is een rode draad door het leven van ons allen en ik wens iedereen toe hier net zoveel van te genieten als ik dit doe. Ontmoeten, hoeft niet, het woord zegt het zelf al. "Ont-moeten, niet moeten, niets moet". Het gebeurd dan ook meestal zonder dat je hier iets voor doe. Vaak, maar niet altijd, je kan er ook op uit zijn, het ontmoeten een beetje helpen. Dat overkomt mij ook, zo nu en dan. Sommige tijden van het jaar zijn beter voor ontmoetingen dan andere. De zomer en de lente b.v. zijn beter dan de winter. Je komt meer buiten en blijf ook gemakkelijker staan. Mei is voor mij de meest ontmoetingsvolle tijd. Het lijkt alsof ik dan meer behoefte heb om te praten, om gedachten en gevoelens te delen. 1 Mei begint het al, "de dag van de arbeid", allerlei gedachten vliegen dan door mijn hoofd. Sint Jozef, de timmerman, Stalin, ontmaskert als een vreselijke massamoordenaar, maar voor veel arbeiders in de beginjaren van het communisme, een held, de rijke boeren van Flakkee, die mijn opa en vader uitknepen en in de richting van het socialisme dreven. Dan komt 4 en 5 mei, herdenking en bevrijding van een vreselijke oorlog. Ik heb hem gelukkig persoonlijk niet meegemaakt, maar geboren in 1946, de invloed hier van wel degelijk gevoeld. Op 4 mei stonden we met een groot aantal bestenaren bij het kruispark om te gedenken en ons voor te nemen: "nooit meer oorlog". Zondag 15 mei fietsten mijn vrouw en ik over het fietspad van de Sonse weg, richting Joe Mann theater. Ter hoogte van de Schietbaan, staat het herdenkingsmonument van kolonel Cole, gesneuveld tijdens de luchtlanding van de 101 airborne divisie op 18 september. Bij dat monument stond een motorrijder, met zwaar bepakte motor, in gedachten naar het monumen te kijken. Wij waren al voorbij gefietst, toen mijn vrouw vroeg, "moet je niet afstappen", ze weet dat ik het maar moeilijk laten kan, mensen die ik tegen kom te vertellen over wat er om ons heen te zien is. Ik vond het zelf ook al vreemd dat ik niet gestopt was. Maar beter ten halve gekeerd, dus wij draaiden om en begonnen een gesprek met de beschouwer van de herinnering aan kolonel Cole. De motorrijder, een engelsman, was op tocht door Brabant om het spoor van de 101 Airborne divisie te volgen. Hij had hier een boek over gelezen en wilde de plaatsen waar de acties hadden plaatsgevonden, bezoeken. Hij was verrast door ons gesprek en de verhalen die ik hem kon vertellen over hoe wij in Best met onze oorlogshelden omgingen.De sportclubs die naar hen genoemd waren, het Joe Mann theater en paviljoen, het museum, Bevrijdende vleugels. Hij was erg blij dit uit de mond van een bestenaar te horen en ik was blij hem dit te kunnen vertellen. Een mooie en waardevolle ontmoeting, die bijna niet doorgegaan was.